ratelpopulieren zingen als brekende golven
ruisen voorbij als suizend verkeer
de straat sneeuwt dicht
onder een kleed van pollen
een kathedraal van bos welft zich over de weg
bomen omhelzen elkaar
vormen een erehaag over de lege vacht
van een kat op het asfalt
het wegdek plooit zijn mondhoeken de gracht in