bij de buren bolt het geluk met helium gevuld begeleiden kreten ons gesprek dat beter loopt als ik zwijg je stem vliegt tegen de kartonnen muren op tast vouwnaden hoe gooi je een kamer weg waar hologrammen huizen de bramen op je lijf voeden zich met de nerven in het tafelblad uit je armen pulk je dode vliegen legt ze te rusten in het raamkozijn het huis flatteert je niet je huid filmt vaseline glanst op ongemakkelijke
momenten dat de vuurkorf van hout was droomde je ik zocht natte takken vochtig mos metselde om en om als de ingrediënten in een lasagneschaal jouw vlees krimpt maten de trein stikt rechte naden op de rails bij elke steek vervaagt het patroon dat ik je gaf kijk dan daar een vogel een merel zie je hem ook dat is een kauw zeg je kauwen begeleiden stervende kauwen en ik begin te redderen gooi
het verschoten fruit bij het plasticafval en weet dat hoesten in een film niet veel goeds belooft vallen is actief en dwarrelen vrijwillig probeer ik nog
2017
Nr.
Titel
Tekst
1
246
ik wilde
Top 100
en de gordijnen denderen over de rails trekken schaduwen binnenstebuiten kleiner kleiner slist je tong en verdwijnt in de blauwe inkt likt kokhalzend ijzer spinnenpoten zuigen de kroontjespen met moeite tussen de webdraden nagels krassen nerven op rode kool blauwe bladeren houterig verschijnt mijn naam in een maagdelijk wit kader
waarom ik het schrift tussen mijn dijen klem? ik verwacht het gevoel van mijn petticoat hoe tule als fijn schuurpapier raspt daar waar zacht wit vlees bleekroze lippen doen fluisteren zoals de jurk van de spaanse danseres kijk hoe trots zij danst roept mijn moeder en ik zie voel dat ik mijzelf knijp tot op het bot onverwachts verlies ik rode korsten weeïge geuren
de wind laat zich niet makkelijk vangen in mijn schepnet en zij roept buk niet zo je lijkt wel een hoer de zon grijpt naar mijn schaduwbenen beroert warm mijn onderbroek is het een snik of een geeuw die mij ontsnapt de hoer tikt verleidelijk tegen de ramen ik ben onmiddellijk verkocht
als na jaren de aandacht dreint ik aan mijn wonden blijf likken vingers naar ijzer ruiken kom ik tot bezinnen zoek ik angstvallig mijn naam op het web ik wilde dat jij keek toen ik danste als kind trots