Veronica droogt het aangezicht
van een gestruikelde dronkenlap
wij heffen het glas
op een zinloze avond
en praten over niets bijzonder
Jezus valt voor de derde maal
wij dansen houterig
in te korte shortjes
op een afgezaagde zomerhit
God is een dj die in de hoek
van een niet zo hip danscafé
slechte plaatjes aan elkaar praat
de hemel durft hij ons
niet meer beloven
Op het plein waar ze niet opgroeide
kijkt men elkaar op maandagochtend
over dunne schuimkragen
slechts zelden in de ogen.
Terneergeslagen mannen wachten
op de bus, vrouwen met kleine hondjes
en trolleys vol afgeprijsd kattenvoer.
Een dakloze praat oeverloos
tegen een vuilzak en de meeuwen
schreeuwen niemands naam.
Zij drinkt goedkope porto
op een te vroeg uur
in geen gezelschap.