Zoals je vroeger in zo’n puzzeltocht
nog uren van de finish liep te dromen;
je had al vroeg een afslag niet genomen
en kreeg pas aan het einde achterdocht.
Een pad naar rechts is ook een rechterbocht
en eiken zijn soms net kastanjebomen.
Je had gedacht heel ver te kunnen komen
maar alles bleek ten slotte vergezocht.
Zo vrees ik voor mijn laatste ogenblik.
Dat ik mijn levenspad afloop en schrik
omdat wat ik aan waarheid overhoud
ten slotte ook op drijfzand is gebouwd
en ik ineens heel zeker weet dat ik
al jaren met een ander ben getrouwd.
Jouw favoriete smaak was donkerblauw.
Als ik de kauwgum in mijn mond laat kraken
proef ik opnieuw die potpourri van smaken,
van zoet tot fris; precies waar ik van hou.
Maar als ik automatisch verder kauw
begint het langzaamaan weer op te raken.
Terwijl ik maar blijf malen met mijn kaken
op wat er was, kijk ik opnieuw naar jou.
Het was in mei, als ik me niet vergis.
De foto is aan één kant ingescheurd,
je linkerwang is helemaal verkleurd.
Zo dikwijls keek ik naar je beeltenis
dat langzaamaan uit beeld verdwenen is
wat rondom deze foto is gebeurd.